Proposal for a work programme of the european multi stakeholder forum on e-in...
Kluwer 14 17 jong-6_2007
1. 14TIJDSCHRIFT ADMINISTRATIE – NUMMER 6 – JUNI 2007 W W W. T I J D S C H R I F TA D M I N I ST R AT I E . N L
Waar gaat het om bij de ‘value gap’? Uit
recent onderzoek (IPValue 2007, Deloitte,
MorganStanley, Thomson, Duff&Phelps,
Moody’s, Nasdaq) blijkt dat de 80-20-
regel ook van toepassing is op de waarde
van een onderneming. Gemiddeld geno-
men bestaat maar twintig procent van de
waarde van een organisatie uit de activa op
de balans. De andere tachtig procent
betreft onzichtbare bezittingen, verborgen
kapitaal dus.
Dan is vervolgens de vraag waarom we
deze bezittingen zichtbaar zouden willen
maken. Daarvoor bestaan steeds meer
overwegingen: de Nederlandse kenniseco-
nomie in combinatie met open innovatie,
bestaande en nieuwe (internationale) wet-
geving en politieke bereidheid.
Kenniseconomie
Nederland moet het steeds meer hebben
van de kenniseconomie, waarbij het vooral
draait om niet tastbare, niet fysieke vermo-
gensbestanddelen.Tegelijkertijd dient zich
een nieuwe vorm van innovatie aan: open
innovatie. Open innovatie houdt (in tegen-
stelling tot gesloten innovatie) in dat er
met externe partners wordt samengewerkt
om eerder, sneller en beter te vernieuwen
om het nieuwe product of de nieuwe
dienst vervolgens met meer succes op de
markt te brengen. Hierdoor is het van
Verborgen kapitaal
zichtbaar maken
op de balans
INTELLECTUAL ASSET MANAGEMENT: WAT IS UW MENING?
belang om te weten wat de waarde is van
hetgeen wordt ‘ingekocht’ en wat de
waarde is van hetgeen aan een ander wordt
‘verkocht’.We werken dus steeds meer met
immateriële bezittingen, die steeds meer
waarde gaan vertegenwoordigen.
Wetgeving
Op basis van genoemde onomkeerbare
ontwikkeling komt ook artikel 2:362 BW in
een nieuw daglicht te staan. Dit artikel
bepaalt dat ‘de balans met toelichting
getrouw, duidelijk en stelselmatig de groot-
te van het vermogen en zijn samenstelling
weergeeft’.Tel daarbij op dat de komst van
IFRS3 via een Europese verordening heeft
geleid tot een subtiele maar essentiële wijzi-
ging rondom de waardering van intellectu-
ele eigendomsrechten. Daarbij is voorna-
melijk de waardering van auteursrechten
van belang. Zo is bijvoorbeeld in de toelich-
ting bij IFRS3 zelfs een balletvoorstelling
als een immaterieel vermogensbestanddeel
aangemerkt. Aansluitend daarop werden
de waarderingsgrondslagen voor intellectu-
ele eigendomsrechten in artikel 2:384 BW
op even subtiele als forse wijze uitgebreid
en werd het vernieuwde Besluit actuele
waarde van kracht.
Al met al is er sinds 2001 een nieuw geheel
van economische ontwikkelingen en aan-
gepaste wetgeving, waardoor het zinvol en
Er heerst iets in Nederland.
Het gaat om een onderhuidse
ontwikkeling die al jaren bezig
is en die de afgelopen periode
steeds nadrukkelijker aan de
oppervlakte zichtbaar wordt.
Het heeft allemaal te maken
met de opkomst van de
kenniseconomie en het
streven om innovatie en
vernieuwing in ons
Nederlandse DNA te
verwerken. Deze ontwikkeling
is samen te vatten in de
pakkende Engelstalige termen:
‘value gap’ en ‘intellectual
asset management’.
Door Friso de Jong,
Silverback in Arnhem (jong@silverback.nl)
F I N A N C I A L A C C O U N T I N G
2. 15TIJDSCHRIFT ADMINISTRATIE – NUMMER 6 – JUNI 2007 W W W. T I J D S C H R I F TA D M I N I ST R AT I E . N L
mogelijk is deze tot nu toe verborgen bezit-
tingen zichtbaar te maken.
Politieke bereidheid
En alsof dat nog niet genoeg is, is er ook
politieke bereidheid in Europa en in
Nederland om verborgen kapitaal zicht-
baar te maken en niet meteen ten laste van
het resultaat te brengen. Zo bepaalde het
CBS al in 2005 dat ‘gezien de huidige
registratie van immateriële vaste activa er
geen aanwijsbare redenen zijn waarom
kenniskapitaal zou moeten worden uitge-
sloten van activering’. Een jaar later vulde
de minister aan dat ‘de uitgaven aan het
geheel van kennis, vaardigheden en com-
petenties geen kosten maar investeringen
zijn’. Om nog maar niet te spreken van de
introductie van de ‘octrooibox’ in de fisca-
le wetgeving.
DRUKKERIJ
Stel een drukkerij heeft een drukpers.
Met deze drukpers verdient de drukkerij
haar geld. Daarnaast kost de bedrijfsvoe-
ring rondom de drukpers geld. Kort en
goed zijn er in de resultatenrekening kas-
stromen waar te nemen, die het gevolg
zijn van een actief op de balans: de druk-
pers. Anders gezegd: de dynamiek in de
resultatenrekening is in dit geval een
direct gevolg van een actief op de balans.
Maar dan nu een softwarebedrijf. Op deze
balans staan wat liquide middelen en ver-
der een tafel, een stoel, een computer of
drie en een kapstok. En toch laat de kas-
stroom een enorme dynamiek zien. Kijken
we op de balans, dan kunnen we daar ner-
gens de oorsprong van deze geldstromen
ontdekken. Het komt niet door de tafel, de
Door verborgen kapitaal zichtbaar te maken op de
balans kunnen we de value gap overbruggen.
TECHNIEKBUNDEL
Verborgen vermogensbestanddelen in de
techniekbundel kunnen zijn:
– octrooien;
– handelsgeheimen;
– formules;
– verpakkings-, proces- en
ontwerptechnologie;
– ontwerptechnieken;
– technische datasheets;
– testresultaten;
– productspecificaties;
– halffabrikaten;
– blauwdrukken/procesbeschrijvingen.
MARKETINGBUNDEL
Verborgen vermogensbestanddelen in de
marketingbundel kunnen zijn:
– handelsnaam, merk, vormmerk, logo;
– marketingconcept en productnamen;
– credo’s, slogans (bijvoorbeeld ‘sense
and simplicity’);
– verpakkingen;
– jingles;
– radio- en tv-commercials;
– reclamemateriaal;
– distributiekanalen;
– overeenkomsten: franchises, co-bran-
ding, exclusief importeurschap;
– ander commercieel materiaal.
ICT-BUNDEL
Verborgen vermogensbestanddelen in de
ICT-bundel kunnen zijn:
– domeinnamen;
– websites;
– broncodes;
– applicaties, besturingssystemen;
– (master)licenties;
– maatwerkapplicaties;
– databaserechten;
– AS-nummer;
– IX- aansluiting;
– masks;
– IP-nummers.
3. 16TIJDSCHRIFT ADMINISTRATIE – NUMMER 6 – JUNI 2007 W W W. T I J D S C H R I F TA D M I N I ST R AT I E . N L
stoel en ook niet door de kapstok. Mis-
schien wel een beetje door de computers.
Maar computers als zodanig leveren behal-
ve productiviteit niet veel op. Wat blijkt?
Het desbetreffende bedrijf verdient geld
met een database-applicatie, waaruit een
online boekhoudpakket wordt getoverd.
En als we dan wat dieper kijken, blijkt dat
dit bedrijf beschikt over softwarecodes,
grafische gebruikersinterfaces, databases,
logo’s voor het product, een naam voor het
product, diverse domeinnamen, diverse
IP-nummers et cetera. En die bundel van
items resulteert in een boekhoudpakket
waar vele duizenden klanten gebruik van
maken. Deze bundel, dit online boekhoud-
pakket, is dus eigenlijk de ‘drukpers’ van
het bedrijf. Het kost het bedrijf geld om de
bedrijfsvoering rondom het online boek-
houdpakket in stand te houden, maar meer
nog levert het geld op.
Kortom dit softwarebedrijf is in over-
drachtelijke zin een drukkerij. Er is een
‘drukpers’ aanwezig in de vorm van een
online boekhoudpakket. En de resultaten
uit deze ‘drukpers’ zijn: jaarrekeningen,
balansen, facturen, resultatenrekeningen.
En toch staat deze drukpers niet op de
balans van het bedrijf. Het wordt tijd dat
dit gaat veranderen.
KENNISKAPITAAL
Bij vrijwel elk bedrijf in Nederland ziet die
‘drukpers’ er anders uit. Hierna staat een
aantal items genoemd, dat een vermogens-
bestanddeel vormt volgens internationale
wetgeving en experts. Door deze in bun-
dels te plaatsen, krijgt de ‘drukpers’ bij de
desbetreffende organisatie vorm. De diver-
se items vormen als het ware de onderde-
len waarmee de ‘drukpers’ wordt vormge-
geven. De meest bekende vormen van ken-
niskapitaal zijn:
– octrooi;
– merkrecht;
– modelrecht;
– zaairecht;
– chipsrecht;
– domeinnaam;
– handelsnaamrecht;
– auteursrechten.
Maar er zijn nog meer dan honderd ande-
re vormen van kenniskapitaal! Verpakt in
diverse bundels om daarmee aan de ‘druk-
pers’ waarde toe te kunnen kennen: een
techniekbundel, een marketingbundel, een
ICT-bundel en een aantal andere bundels
zoals onroerend goed, communicatie,
onderzoek et cetera. U treft er enkele in
aparte kadertjes hierbij aan.
Stelling 1.
Het weergeven van verborgen
kapitaal is het corrigeren van
een jarenlange verschrompeling
in Nederland.
Stelling 2.
Door een ‘goodwill-waardering’
op kennisintensieve, innovatie-
ve, technische, creatieve en
dienstverlenende organisaties
toe te passen, is juist goodwill
onderhevig aan inflatie; good-
will wordt opgeblazen om grote
verschillen maar te kunnen
overbruggen.
Stelling 3.
Het waarderen en activeren van
immateriële vaste activa is zon-
der meer mogelijk met toepas-
sing van alle normale economi-
sche en boekhoudkundige
wetten en regels. Kan niet,
bestaat simpelweg niet. Niet
willen en niet weten daarente-
gen wel.
Stelling 4.
De octrooibox is een grote
gemiste kans. Softwarebedrij-
ven kunnen vrijwel geen octrooi
vestigen op hun vindingen.
Tegelijkertijd neemt het grote
economische belang van de ICT
voor Nederland steeds meer
toe.Waarom zouden software-
bedrijven hun databaserechten
en auteursrechten ook niet in
deze octrooibox mogen plaat-
sen, wat maakt hen dan ineens
minder waardevol?
REAGEER OP DEZE STELLINGEN!
Laat weten wat u vindt van deze vier stellingen. Ga daarvoor naar
www.kluwerfinancieelmanagement.nl, klik op de knop Discussie en
neem deel aan het debat.
Indien je het verborgen kapitaal zichtbaar
gaat maken, komt het activa op de balans
te staan.Volgens mij krijg je ten eerste al
de discussie hoe een en ander
gewaardeerd zou moeten worden. Daarna
zal dit activa afgeschreven dienen te wor-
den: welke termijn ga je dan hanteren? Als
je het als een soort goodwill wilt zien, dan
is de afschrijvingstermijn tien jaar. Anders
vijf jaar. Ook hier zul je weer de nodige dis-
cussie krijgen over de afschrijvingstermij-
nen. De meeste producten zijn zo sterk
aan ontwikkelingen onderhevig dat deze
termijn aan de lange kant is.
Als je de opmerkingen van de auteur ver-
der doortrekt, zouden de uren bij bijvoor-
beeld de installatie van een nieuwe druk-
pers ook dienen te worden geactiveerd.
Waar wordt dan de grens getrokken: welke
uren worden wel en welke niet geacti-
veerd?
Ik denk dat het zogenoemde verborgen
kapitaal juist via de verlies- en winst-
rekening toch wel naar voren komt. De
winstgevendheid van een organisatie is
van belang bij een groot aantal punten die
door de auteur worden genoemd onder het
kopje Zichtbaarheid van belang. Maar ik
denk dat het niet zinvol is om verborgen
kapitaal zichtbaar te maken omdat de
verlies- en winstrekening al een getrouw
beeld geeft van het rendement van de
onderneming. Bovendien blijft het waar-
deren van het verborgen kapitaal volgens
mij onderwerp van een eeuwigdurende
discussie.
JanVerbruggen, hoofd administratie van
Peutz bv in Mook
VOOR ONS VOLSTAAT DE V&W-REKENING
4. ZICHTBAARHEIDVAN BELANG
Het erkennen, herkennen, waarderen en
zelfs activeren van deze verborgen vermo-
gensbestanddelen kan van groot en soms
van essentieel belang zijn.We noemen een
aantal omstandigheden:
– creëren werkkapitaal: uitgeven aandelen;
– onderpand bij financiering;
– onderbouwing bij een subsidieaanvraag;
– inbreng van kenniskapitaal bij oprichting
bv;
– verkoop van kennisintensieve diensten,
producten, business unit;
– opzetten joint venture of samenwerking;
– faillissement (verdeling van de boedel
ten behoeve van de schuldeisers);
– participatie in/door een organisatie;
– fusie en overname;
– rechtszaak;
– bedrijfsoverdracht.
STELLINGEN
Het wordt hoog tijd dat Nederlandse orga-
nisaties, ook voor de Nederlandse econo-
mie, laten zien wat hun werkelijke samen-
stelling en hun werkelijke vermogen is. In
het kadertje Reageer op deze stellingen! zet ik
vier stellingen neer. Laat weten wat uw
mening is! Ga daarvoor naar de site
www.kluwerfinancieelmanagement.nl. De
discussie is, opnieuw, geopend.
17TIJDSCHRIFT ADMINISTRATIE – NUMMER 6 – JUNI 2007 W W W. T I J D S C H R I F TA D M I N I ST R AT I E . N L
SAMEN VERDER
Als u zover bent om voorheen verborgen
vermogensbestanddelen te waarderen en
te activeren, lees dan nog eens de bijdrage
van EdTonneyck uit het vorige nummer
door. Hierin staat hoe u de werkelijke
waarde zichtbaar kunt maken.
Overigens is de samenloop van deze twee
bijdragen geen toeval. De Tijdschrift Admi-
nistratie-auteurs Friso de Jong en EdTon-
neyck zullen gezamenlijk gaan werken aan
een publicatie waarmee intellectual asset
management voor financiële professionals
inzichtelijk en werkbaar wordt.
Het artikel van De Jong over intellectual
assesment management roept op tot een
debat, en terecht denk ik.Want op welke
wijze geef je nu daadwerkelijk aan wat de
waarde van een onderneming is in het eco-
nomisch verkeer? Natuurlijk wordt er met
zaken als merk, octrooi en intellectueel
eigendom wel rekening gehouden bij de
koop of verkoop van een onderneming.
Maar wanneer die omstandigheid zich niet
voordoet, dan is de werkelijke waarde van
een onderneming slecht af te lezen uit de
balans en winst- en verliesrekening. Dat is
vanuit economisch oogpunt bezien geen
goede zaak, Nederland rekent zich armer
dan het is.Tegelijkertijd is het ook belang-
rijk om goed na te denken op welke wijze
je dan zaken als kennis en merken
waardeert.Vooral ook omdat kennis een
hoge inflatie kent. Er zal dus ook nage-
dacht dienen te worden over de wijze
waarop kennisintensieve organisaties hun
toegevoegde waarde borgen op lange ter-
mijn.
Als het gaat om het juridisch borgen van
kennisintensieve innovaties slaat De Jong
de spijker op zijn kop. De overheid kan
hierin veel beter acteren. Het vestigen van
een octrooi is voor de meeste onderne-
mers een lijdensweg met veel rompslomp.
Reden waarom ondernemers er ook maar
niet aan beginnen en dat is jammer.
Tot slot nog een opmerking over de
waardering van het menselijke kapitaal.
Dat is en blijft een lastige zaak vind ik.
Want wat als je sterspeler van vandaag,
morgen besluit over te stappen naar een
ander bedrijf, of nog erger: als die sterspe-
ler ernstig ziek wordt waardoor bepaalde
ontwikkelingen stil komen te liggen. Kort-
om er zal nog wel het nodige onderzoek
gedaan moeten worden, willen we tot slui-
tende waarderingen komen. Het artikel van
De Jong is daartoe een goede eerste aan-
zet en verdient in deze ook zeker navol-
ging.
JanWietsma AA, mede-eigenaar van Full
Finance Consultants te Apeldoorn
De discussie over verborgen kapitaal in
een onderneming is voor ons als ‘soft-
warebouwer’een heel interessante. Sterker
nog, het is een discussie die wij jarenlang
gevoerd hebben, met name in de beginjaren
van OnGuard, met onze bankrelaties. Zo’n
tien à twaalf jaar geleden was de bank
(welke bank laat ik even in het midden)
onze belangrijkste kapitaalverstrekker en
jaarlijks hadden wij dan ook een gesprek
met onze accountmanager om de jaar-
cijfers te bespreken en te analyseren. En
ieder jaar weer volgde een hevige discus-
sie over het activeren van de broncode van
onze software – voor ons immers ons
belangrijkste bezit, zelfs het enige bezit
dat er echt toe doet (medewerkers natuur-
lijk uitgesloten, maar deze zijn nu eenmaal
lastig als bezit aan te merken, laat staan
op de balans te zetten).Wij – en met ons
onze accountant – waren stellig van
mening dat je de waarde van dit bezit dan
ook op de balans tot uitdrukking moet
brengen om de waarde van de onderne-
ming correct te kunnen weergeven. De
bank was destijds echter een heel andere
mening toegedaan en vond letterlijk dat
software te ongrijpbaar is om als bezit op
de balans geplaatst te kunnen worden. Bij
de beoordeling van de jaarcijfers lieten zij
dan ook geactiveerd intellectueel eigen-
dom en software broncode buiten
beschouwing. Onder druk van de bank
hebben wij dus altijd slechts een zeer
beperkt deel van onze daadwerkelijke
waarde op de balans geplaatst.Tot op de
dag van vandaag zelfs, terwijl de afhanke-
lijkheid van de bank er eigenlijk al lang niet
meer is, zijn we uiterst terughoudend met
het activeren van deze immateriële activa,
ons grootste bezit en immers ons
bestaansrecht. Na alle moeilijke – en
onzes inziens onterechte discussies met
de bank – zijn wij er nooit meer echt mee
bezig geweest. Ik vraag mij af wat de stel-
ling van onze huidige bankrelatie zou zijn
als we de discussie wederom zouden aan-
gaan. Gezien de inhoud van dit artikel en
de aangepaste wetgeving kijkt men er als
bank nu wellicht heel anders tegenaan.
Judith C.Verloop,
Vice President Operations bij OnGuard
ELK JAAR WEER HEVIGE DISCUSSIE MET DE BANK
NEDERLAND REKENT ZICH ARMER DAN HET IS