1. PEILING NAAR
MALNUTRITIE
IN DE HUISARTSENPRAKTIJK

2.  TOKYO (2006)
vergelijkbare studie bij 130 patiënten
van 65 jaar en ouder
Doel:* volledig beschrijven van
voedingstoestand
bij gezonde ouderen die in een gemeenschap
verblijven
*factoren onderzoeken die geassocieerd
zijn met een slechte voedingstoestand
Vergelijkbare studie

3.  Inclusiecriteria:
◦ 65 jaar en ouder
◦ In een gemeenschap verblijven
◦ Niet zwaar hulpbehoevend zijn
 Onderzoeksmethode:
◦ MNA
 Beperkingen:
◦ Aantal deelnemers is niet groot
◦ Ze komen uit één stad
Vergelijkbare studie

4.  ONDERZOCHTE GROEP:
◦ Gemiddelde leeftijd : 72 jaar
◦ Mannen:47%
◦ Vrouwen: 53%
◦ 79% leeft samen
◦ 21% leeft alleen
◦ Economische status :
Goed : 71%
 Middelmatig 24 %
 Slecht 5%
Vergelijkbare studie

5.  Geassocieerde factoren :
◦ 1 depressie
◦ 2 lage zelfredzaamheid
◦ 3 moeite om een maaltijd te bereiden
◦ 4 weinig belang hechten aan gezondheid
Vergelijkbare studie

6.  RESULTATEN:
 4 patienten op 130 hebben een BMI < 19
 12,6% heeft malnutritie of risico op
malnutritie
◦ ( komt neer op 2 miljoen Japanners nationaal)
Vergelijkbare studie

7.  Januari tot maart 2012
 120 patiënten > dan 75 jaar
 Vrouwen :72,5%
 Gemiddelde leeftijd: 81,2
 Mannen: 27,5%
 Gemiddelde leeftijd: 81,6
 Leeft alleen : vrouwen 40%, mannen 16%
 Leeft samen : vrouwen 60%,mannen 84%
Dilbeek en omstreken

8.  Economische status:
◦ VROUWEN : goed : 33%
 Middelmatig : 54%
 Slecht: 15%
MANNEN : goed:35%
Middelmatig : 50%
slecht: 15%
Dilbeek en omstreken

9.  Co – Morbiditeit
Vrouwen: 81%
Mannen: 77%
Dilbeek en omstreken

10.  Geassocieerde factoren:VROUWEN
◦ Depressie : 27%
◦ Lage zelfredzaamheid : 35%
◦ Moeite om een maaltijd te bereiden: 33%
◦ Weinig belang hechten aan gezondheid:6%
Dilbeek en omstreken

11.  Geassocieerde factoren: MANNEN
◦ Depressie: 18%
◦ Lage zelfredzaamheid: 36%
◦ Moeite om een maaltijd te bereiden : 36%
◦ Weinig belang hechten aan gezondheid:9%
Dilbeek en omstreken

12.  MNA
◦ 1ste vraag: minder eten
 VROUWEN MANNEN
 Sterk 2% 0%
 Matig 21% 18%
 Geen 77% 82%
Dilbeek en omstreken

13.  MNA
◦ 2de vraag : gewichtsverlies
VROUWEN MANNEN
1 à 3 kg 14% 27%
> 3 kg 11% 0%
Geen 75% 73%
Dilbeek en omstreken

14.  MNA
◦ 3de vraag : mobiliteit
VROUWEN MANNEN
in bed of stoel 10% 5%
zelfstandig , niet 38% 23%
naar buiten
zelfstandig 52% 72%
Dilbeek en omstreken

15.  MNA
◦ 4de vraag :
 Psychische stress of ernstige ziekte
VROUWEN MANNEN
39,5 % 27%
DILBEEK EN OMSTREKEN

16.  MNA:
◦ 5de vraag : neuropsychische problemen
VROUWEN MANNEN
Ernstig dement 4% 4%
Of depressief
Licht dement 6% 23%
Geen 90% 73%
Dilbeek en omstreken

17.  UITEINDELIJKE RESULTATEN :
VROUWEN MANNEN
◦ Normale voedingstoestand:73% 75%
◦ Risico op ondervoeding 22% 16%
◦ Ondervoeding 5% 9%
Dilbeek en omstreken

18.  BMI < 19 : 1 vrouw en 2 mannen
 BMI 20 : 3 vrouwen
 BMI varieert van van 18 tot 40
Dilbeek en omstreken

19.  De ondervoede patiënten hadden als BMI
18tot 21
 Patiënten met risico op ondervoeding
hadden als BMI 20 tot 34
 Patiënten met normale voedingstoestand
hadden als BMI 19 tot 40
Dilbeek en omstreken

20.  Dilbeek en omstreken
 %Patiënten met ondervoeding of risico op
ondervoeding bedraagt 27%
 (27 % van de vrouwen en 25% van de
mannen)
 BMI correleert niet met MNA
 MNA resultaten zijn soms verrassend voor
de huisarts
Algemene conclusie