SlideShare a Scribd company logo
1 of 26
Max de muis
ontdekt de stad
Naam: _______________________________________________
1. Ik ben Max
1.1 Een brief versturen
Max wil ook jullie uitnodigen voor zijn verjaardag. Maar om zijn verjaardagkaartje op te
sturen heeft hij een paar gegevens nodig van jullie. Weten jullie wat er vooraan op een
enveloppe moet staan?
Opdracht: Verbind het woord met de juiste dingen op de enveloppe.
`
Hallo lieve kinderen. Ik ben Max de muis en woon midden in de stad.
Niet in een huis, maar wel in een grote flat.
Binnenkort word ik zes jaar en daarom geef ik een feest.
Een feest met echte pizza’s!
Mijn boodschappenlijstje ligt al klaar.
Nu nog even wachten op mijn vriendinnetje Nina en dan samen naar de winkel,
dwars doorde stad. Gaan jullie met ons mee?
enveloppe
postzegel
adres
Naam
Max de muiser
Holbuisstraat 6
2100 Deurne
1.2 Jouw adres
Jullie hebben op de vorige bladzijde geleerd wat er allemaal op een enveloppe moet
staan. Het is erg belangrijk dat alles duidelijk op de enveloppe staat zodat de postbodehet
goed kan lezen. Max de muis heeft hieronder de afspraken even opgesomd.
1. Kleef eenpostzegelrechts bovenaan.
2. Schrijf steeds je naam en je vooraanop de eerste regel.
3. Op de tweede regelschrijf je je straat en huisnummer.
4. Op de derde regelkomt je gemeente.
Opdracht: Nu jullie perfect weet hoe je een enveloppe moet beschrijven kunnen jullie
het eens proberen op onderstaand enveloppe.
1.3 De weg van de brief
1 2
Hallo allemaal, ik ben postbodeJef. Max de muis heeft
me gevraagd om jullie eens te tonen welke weg een brief
aflegt. Ik heb een filmpje gemaakt en hoop dat jullie er
iets uit leren. Kijk maar mee!
Wat vonden jullie van het filmpje?
Interessant eh! Ik ben benieuwd of jullie de prentjes op de
juiste volgorde kunnen kleven.
Opdracht: Kleef elke prent in een kader. Zorg dat ze op
volgorde staan (1 = eerst)
3 4
5 6
2. Welkom in de stad
2.1 Ontdek de stad!
Opdracht: Jullie hebben de prent van Max zijn stad net bekeken. Het is een heel grote
stad. Maar wat vinden we nu allemaal in de stad? Bij de gebouwen op de prent staan
nummers. Kan je elk nummer juist benoemen?
TIP: Soms herken je een gebouw aaneen symbool, eenvoorwerp of aan de vorm.
Op de volgende bladzijde zien jullie een prent van mijn stad.
Mijn stad ligt aan een grote rivier. Er is ook een treinstation, een
sportstadion, een dierentuin en zelfs een luchthaven. Ik vertrek
alvast met Nina door de stad. Zien jullie ons rijden?
Laten we nu eens de buurt rondom jullie school ontdekken. Wat
komen we allemaal tegen? Doe snel je jasje aan en dan zijn we
samen weg!
3. Wat een drukte!
3.1 Wat hoor je?
d
Opdracht: Maak hieronder een woordweb van alle geluiden die je daarnet op straat
gehoord hebt. Je kan je papiertje gebruiken om je dingen te herinneren.
Nina en ik rijden nu dwars doorheen de stad. Wat een
drukte! Overal auto’s en mensen. Ga eens met jullie juf naar
buiten en luister eens wat je allemaal hoort. Neem een
blaadje mee en schrijf de geluiden die je hoort op.
Geluiden in de
stad
Opdracht: Welke dingen zagen jullie allemaal op straat?
Herken je sommige dingen op de prenten hieronder? Kennen
jullie de juiste naam voor de dingen die met pijlen zijn
aangeduid? Probeer maar!
4. Naar de winkel
4.1 De winkelstraat
Wanneer ik met Nina door de winkelstraat reed, zag ik
ontzettend veel verschillende winkels.
Opdracht: Welke winkels ben ik voorbijgereden?
4.2 Vele verschillende winkels
APOTHEEK
KLERENWINKEL
SCHOENWINKEL
In een winkelstraat zien we buiten een bakkerij, een bank, een
kapper en een speelgoedwinkel nog andere dingen.
Opdracht: Teken bij de winkels spullen die zij verkopen.
SLAGERIJ
GROENTENWINKEL
VISWINKEL
5. Naar de bank
5.1 Max heeft geld nodig
Wat is een bank?
In een bank kun je je geld veilig laten bewaren. Dat is handig, zo hoef jij niet al je geld
zelf bij te houden.
Wat doet de bank met mijn geld?
De bank bediende plaatst jouw geld op een rekening. Zo’n rekening is
eigenlijk net hetzelfde als een grote spaarpot. Hoeveel geld er op jouw
rekening staat, wordt netjes bijgehouden in een computer. Als je geld
nodig hebt, haalt de bediende het opnieuw van je rekening. Geld
afhalen in een bank doe je aan een loket. De bankbediende controleert
wie je bent en geeft dan wat geld van je rekening.
Hoe kom ik aan geld?
Geld moet je verdienen. Mario bakt pizza’s en verkoopt
ze. Andere mensen werken voor een baas. De baas geeft
hen dan geld.
Koop je met geld echt alles?
Tochniet, sommige héél belangrijke dingen zijn niet te koop:geluk, liefde, een goede
gezondheid of veel vrienden. Daarom zeggen mensen vaak “Geld maaktniet gelukkig.”
Geld uit de muur halen?
In de stad vind je ook bankautomaten. Die zitten meestal in de muur. Met je bankkaart
en de bijhorende cijfercode, kun je geld uit zo’n machine halen. Maar de computer in de
bank controleert wel alles en trekt het geld meteen van je rekening af. Je krijgt het geld
dus niet zomaar!
Winkels... die vind je overal in de stad. Net als een kapper, een
apotheek, een café of een hotel. Maar Nina en ik kunnen niets
kopen. We hebben geen geld bij. Geen probleem! Dan stappen
we toch gewoon even naar de bank.
Wat is een kluis?
Een kluis is een stevig kastje in de bank. Je kunt er waardevolle voorwerpen zoals
juwelen, belangrijke papieren, ... in bewaren. Je kunt een kluis openen met een geheime
codeof een speciale sleutel.
Mag je zelf geld maken?
Nee, alleen het echte geld telt. Dat geld is extra beveiligd zodat je het niet kunt
namaken. Kijk maar eens goed naar een briefje uit de bank. Merk je het verschil met een
gewoon stukje papier?
Opdracht: Vergelijk echt geld met nep geld.
Morgen maken jullie een uitstap naar een bankautomaat.
Opdracht: Neem elk een aantal biljetten en muntstukken.
Leg het bedrag dat gevraagd word.
Leg 75 euro
Leg 35,20 euro
Leg 17,50 euro
Leg 18,10 euro
Opdracht: Vul de ontbrekende bedragen in op het
kassaticket. Werk samen met de juf.
De Bakker
1 groot wit brood € 2,00
8 pistolets € 3,00
TOTAAL € ..........
CONTANT € 10,00
WISSELGELD € ..........
BEDANKT EN TOT ZIENS!
***
De Supermarkt
3 flessen water € 3,00
1 pak suiker € 2,00
1 doos eieren € .........
TOTAAL € 6,00
CONTANT € 10,00
WISSELGELD € ..........
BEDANKT EN TOT ZIENS!
***
De klerenwinkel
1 lange broek € 15,00
2 t-shirts € 20,00
1 paar schoenen € 50,00
TOTAAL € .........
CONTANT € 100,00
WISSELGELD € .........
BEDANKT EN TOT ZIENS!
***
6. Naar de supermarkt
6.1 De supermarkt onder de loep!
Waarkomen de producten uit de supermarkt vandaan?
De meeste productenin de supermarkten komen uit een fabriek of van bij een
landbouwer of landbouwbedrijf. Alles wordt met vrachtwagens aangeleverd. Een product
legt dus een hele weg af.
Van tomaat tot fles
Met een goed gevulde portemonnee rijd ik met Nina naar de
supermarkt. Ik steek een muntstukje in het slot van het karretje
en Nina mag in de kar!
Weten jullie nu wat je hebt geproefd daarnet?
Moetje altijd met geld betalen?
Nee, je kunt vaak met een bankkaart betalen. De kassa
van de supermarkt is verbonden met een speciaal
toestel, een minibankautomaat. Dit kleine computertje
zorgt ervoor dat het geld dat je moet betalen
automatisch van je rekening wordt afgetrokken en naar
de supermarkt gaat. Simpel!
Wat is een streepjescode?
Een streepjescode of barcode ziet eruit als een rij rechtopstaande streepjes met cijfers
onder. Je vindt ze op bijna elk product. In de supermarkt wordt de code aan de kassa
door een scanner ingelezen. Zo weet de kassierster aan de kassa hoeveel het kost.
Handig! Maar een streepjescode kan nog veel meer informatie bevatten, zoals wanneer
een productgemaakt werd of uit welk fabriek het komt.
Bekijk de prent op de volgende bladzijde. Je kan samen met mij
een kijkje nemen binnen in de supermarkt. Wat zie je allemaal?
6.2 Netjes verpakt?
Opdracht: Jullie krijgen zo dadelijk een zak op jullie bank. Deze is voor
heel je groepje. Bekijk alle spullen die erin zitten en leg ze verspreid op jullie banken.
1. Welke verschillende soortenverpakkingenzien jullie? Schrijf op waarvanze
gemaaktzijn.
 _________________________
 _________________________
 _________________________
 _________________________
 _________________________
 _________________________
2. Kies er een uit. Wat zien jullie op de verpakking staan?
3. In welk rek moet het? Achteraan in de klas staateen kastmet schappen.
Sorteeralle producten uit de kar per schap. Doe dit samen met de juf.
7. De garage
7.1 Ken jij de onderdelen?
Wat doet eengaragist?
Wat is een voertuig?
Een voertuig verplaatst mensen of voorwerpen. De voertuigen kunnen we
onderverdelen in twee groepen.
Hallo lieve vrienden! Wat fijn dat jullie een kijkje nemen
in mijn garage. Ik ben net bezig aan een auto. Zal ik jullie
de belangrijkste onderdelen aanleren?
Laten we eens een kijkje nemen bij een echte auto. Ik ben
benieuwd of jullie de onderdelen dan ook kunnen
herkennen en juist benoemen.
Opdracht: Noteer de juiste namen van de onderdelen Neem een autootje voor je en bekijk het van dichtbij.
8. Op restaurant
9. Brand in de stad!
9.1 Helpende mensen
Op restaurant gaan is erg fijn! Nina en ik hebben zo juist
pizza gemaakt en ook lekker opgesmuld. Maar voor mijn
verjaardag nodig ik jullie allemaal uit in een restaurant.
Zorg dus morgen dat je geen boterhammen bij hebt, maar
een knorrend hongerig maagje!
Hallo allemaal, Max en Nina reden net voorbij de brand die
ik en mijn brandweermannen blusten. Ze schrokken nogal
van de hoge vlammen! Het gebouw dat zonet in brand
stond is nu helemaal geblust. De dappere
brandweermannen klommen omhoog op de
brandweerladder en blusten met een brandspuit.
Brandweermannen zijn niet de enige mensen die ons
helpen. Er zijn er nog vele andere.
Opdracht: Hieronder staan een aantal prenten met
mensen die ons helpen. Ze oefenen een bepaald beroep
uit. Schrijf onder elke prent het juiste beroep.
Welk beroep doen jou mama en papa?
Maak een collage van jou droomberoep.
Kan u uw mond even opendoen alstublieft? 0 0 Postbode
Wilt u een groot of een klein brood? 0 0 Slager
Dat is dan 15 euro alstublieft. 0 0 Boer
Is 500 gram dikke worsten oké voor u? 0 0 Clown
U reed veel te snel en krijgt een boete! 0 0 Tandarts
Goedemiddag meneer, deze brief is voor u. 0 0 Dokter
Snel, neem de brandspuit en klim omhoog! 0 0 Kok
Ik moet de koeien nog gaan melken. 0 0 Bakker
Ik heb een rode neus en gele krullen. 0 0 Muzikant
Oei, ik denk dat u zwaar verkouden bent. 0 0 Kassierster
Ik heb nog peper en zout nodig. 0 0 Schilder
Ik moet nog wat oefenen op mijn gitaar. 0 0 Politieagent
Ik begin met de lange muur blauw te schilderen. 0 0 Brandweerman
Natuurlijk zijn er nog vele andere beroepen! Deze gaan
jullie in de namiddag ontdekken in een hoekenwerk. Maar
vooraleer we dat gaan doen, maken jullie eerst nog de
laatste opdrachtvan dit bundeltje.
Opdracht: Hieronder staan een aantal zinnen die
specifiek zijn voor een beroep. Kan jij ze verbinden?
Max ontdekt de stad

More Related Content

More from nathaliekrol

More from nathaliekrol (20)

Maanden van-het-jaar
Maanden van-het-jaarMaanden van-het-jaar
Maanden van-het-jaar
 
Getalbeelden tot 20 benoemen en tekenen
Getalbeelden tot 20 benoemen en tekenenGetalbeelden tot 20 benoemen en tekenen
Getalbeelden tot 20 benoemen en tekenen
 
Splitsen tot 10 + splitstoetsblad
Splitsen tot 10 + splitstoetsbladSplitsen tot 10 + splitstoetsblad
Splitsen tot 10 + splitstoetsblad
 
Taakwerk
TaakwerkTaakwerk
Taakwerk
 
Schrijfletters
SchrijflettersSchrijfletters
Schrijfletters
 
Lijntjes
LijntjesLijntjes
Lijntjes
 
Splitsen
SplitsenSplitsen
Splitsen
 
Getalbeelden
GetalbeeldenGetalbeelden
Getalbeelden
 
Getallenrij
GetallenrijGetallenrij
Getallenrij
 
Schoolagenda
SchoolagendaSchoolagenda
Schoolagenda
 
Thema 10 les 9
Thema 10 les 9Thema 10 les 9
Thema 10 les 9
 
Thema 10 les 10
Thema 10 les 10Thema 10 les 10
Thema 10 les 10
 
Les 143 HH alle tafels
Les 143 HH alle tafelsLes 143 HH alle tafels
Les 143 HH alle tafels
 
Les 141 hh + tot 100
Les 141 hh +   tot 100Les 141 hh +   tot 100
Les 141 hh + tot 100
 
Wp 25
Wp 25Wp 25
Wp 25
 
Woordpakket 24
Woordpakket 24Woordpakket 24
Woordpakket 24
 
Wp 23 aanleren
Wp 23 aanlerenWp 23 aanleren
Wp 23 aanleren
 
Thema 10 les 6
Thema 10 les 6Thema 10 les 6
Thema 10 les 6
 
Thema 10 les 5
Thema 10 les 5Thema 10 les 5
Thema 10 les 5
 
Thema 10 les 4
Thema 10 les 4Thema 10 les 4
Thema 10 les 4
 

Max ontdekt de stad

  • 1. Max de muis ontdekt de stad Naam: _______________________________________________
  • 2. 1. Ik ben Max 1.1 Een brief versturen Max wil ook jullie uitnodigen voor zijn verjaardag. Maar om zijn verjaardagkaartje op te sturen heeft hij een paar gegevens nodig van jullie. Weten jullie wat er vooraan op een enveloppe moet staan? Opdracht: Verbind het woord met de juiste dingen op de enveloppe. ` Hallo lieve kinderen. Ik ben Max de muis en woon midden in de stad. Niet in een huis, maar wel in een grote flat. Binnenkort word ik zes jaar en daarom geef ik een feest. Een feest met echte pizza’s! Mijn boodschappenlijstje ligt al klaar. Nu nog even wachten op mijn vriendinnetje Nina en dan samen naar de winkel, dwars doorde stad. Gaan jullie met ons mee? enveloppe postzegel adres Naam Max de muiser Holbuisstraat 6 2100 Deurne
  • 3. 1.2 Jouw adres Jullie hebben op de vorige bladzijde geleerd wat er allemaal op een enveloppe moet staan. Het is erg belangrijk dat alles duidelijk op de enveloppe staat zodat de postbodehet goed kan lezen. Max de muis heeft hieronder de afspraken even opgesomd. 1. Kleef eenpostzegelrechts bovenaan. 2. Schrijf steeds je naam en je vooraanop de eerste regel. 3. Op de tweede regelschrijf je je straat en huisnummer. 4. Op de derde regelkomt je gemeente. Opdracht: Nu jullie perfect weet hoe je een enveloppe moet beschrijven kunnen jullie het eens proberen op onderstaand enveloppe.
  • 4. 1.3 De weg van de brief 1 2 Hallo allemaal, ik ben postbodeJef. Max de muis heeft me gevraagd om jullie eens te tonen welke weg een brief aflegt. Ik heb een filmpje gemaakt en hoop dat jullie er iets uit leren. Kijk maar mee! Wat vonden jullie van het filmpje? Interessant eh! Ik ben benieuwd of jullie de prentjes op de juiste volgorde kunnen kleven. Opdracht: Kleef elke prent in een kader. Zorg dat ze op volgorde staan (1 = eerst)
  • 6. 2. Welkom in de stad 2.1 Ontdek de stad! Opdracht: Jullie hebben de prent van Max zijn stad net bekeken. Het is een heel grote stad. Maar wat vinden we nu allemaal in de stad? Bij de gebouwen op de prent staan nummers. Kan je elk nummer juist benoemen? TIP: Soms herken je een gebouw aaneen symbool, eenvoorwerp of aan de vorm. Op de volgende bladzijde zien jullie een prent van mijn stad. Mijn stad ligt aan een grote rivier. Er is ook een treinstation, een sportstadion, een dierentuin en zelfs een luchthaven. Ik vertrek alvast met Nina door de stad. Zien jullie ons rijden? Laten we nu eens de buurt rondom jullie school ontdekken. Wat komen we allemaal tegen? Doe snel je jasje aan en dan zijn we samen weg!
  • 7. 3. Wat een drukte! 3.1 Wat hoor je? d Opdracht: Maak hieronder een woordweb van alle geluiden die je daarnet op straat gehoord hebt. Je kan je papiertje gebruiken om je dingen te herinneren. Nina en ik rijden nu dwars doorheen de stad. Wat een drukte! Overal auto’s en mensen. Ga eens met jullie juf naar buiten en luister eens wat je allemaal hoort. Neem een blaadje mee en schrijf de geluiden die je hoort op. Geluiden in de stad
  • 8. Opdracht: Welke dingen zagen jullie allemaal op straat? Herken je sommige dingen op de prenten hieronder? Kennen jullie de juiste naam voor de dingen die met pijlen zijn aangeduid? Probeer maar!
  • 9.
  • 10. 4. Naar de winkel 4.1 De winkelstraat Wanneer ik met Nina door de winkelstraat reed, zag ik ontzettend veel verschillende winkels. Opdracht: Welke winkels ben ik voorbijgereden?
  • 11. 4.2 Vele verschillende winkels APOTHEEK KLERENWINKEL SCHOENWINKEL In een winkelstraat zien we buiten een bakkerij, een bank, een kapper en een speelgoedwinkel nog andere dingen. Opdracht: Teken bij de winkels spullen die zij verkopen.
  • 13. 5. Naar de bank 5.1 Max heeft geld nodig Wat is een bank? In een bank kun je je geld veilig laten bewaren. Dat is handig, zo hoef jij niet al je geld zelf bij te houden. Wat doet de bank met mijn geld? De bank bediende plaatst jouw geld op een rekening. Zo’n rekening is eigenlijk net hetzelfde als een grote spaarpot. Hoeveel geld er op jouw rekening staat, wordt netjes bijgehouden in een computer. Als je geld nodig hebt, haalt de bediende het opnieuw van je rekening. Geld afhalen in een bank doe je aan een loket. De bankbediende controleert wie je bent en geeft dan wat geld van je rekening. Hoe kom ik aan geld? Geld moet je verdienen. Mario bakt pizza’s en verkoopt ze. Andere mensen werken voor een baas. De baas geeft hen dan geld. Koop je met geld echt alles? Tochniet, sommige héél belangrijke dingen zijn niet te koop:geluk, liefde, een goede gezondheid of veel vrienden. Daarom zeggen mensen vaak “Geld maaktniet gelukkig.” Geld uit de muur halen? In de stad vind je ook bankautomaten. Die zitten meestal in de muur. Met je bankkaart en de bijhorende cijfercode, kun je geld uit zo’n machine halen. Maar de computer in de bank controleert wel alles en trekt het geld meteen van je rekening af. Je krijgt het geld dus niet zomaar! Winkels... die vind je overal in de stad. Net als een kapper, een apotheek, een café of een hotel. Maar Nina en ik kunnen niets kopen. We hebben geen geld bij. Geen probleem! Dan stappen we toch gewoon even naar de bank.
  • 14. Wat is een kluis? Een kluis is een stevig kastje in de bank. Je kunt er waardevolle voorwerpen zoals juwelen, belangrijke papieren, ... in bewaren. Je kunt een kluis openen met een geheime codeof een speciale sleutel. Mag je zelf geld maken? Nee, alleen het echte geld telt. Dat geld is extra beveiligd zodat je het niet kunt namaken. Kijk maar eens goed naar een briefje uit de bank. Merk je het verschil met een gewoon stukje papier? Opdracht: Vergelijk echt geld met nep geld. Morgen maken jullie een uitstap naar een bankautomaat.
  • 15. Opdracht: Neem elk een aantal biljetten en muntstukken. Leg het bedrag dat gevraagd word. Leg 75 euro Leg 35,20 euro Leg 17,50 euro Leg 18,10 euro Opdracht: Vul de ontbrekende bedragen in op het kassaticket. Werk samen met de juf. De Bakker 1 groot wit brood € 2,00 8 pistolets € 3,00 TOTAAL € .......... CONTANT € 10,00 WISSELGELD € .......... BEDANKT EN TOT ZIENS! *** De Supermarkt 3 flessen water € 3,00 1 pak suiker € 2,00 1 doos eieren € ......... TOTAAL € 6,00 CONTANT € 10,00 WISSELGELD € .......... BEDANKT EN TOT ZIENS! *** De klerenwinkel 1 lange broek € 15,00 2 t-shirts € 20,00 1 paar schoenen € 50,00 TOTAAL € ......... CONTANT € 100,00 WISSELGELD € ......... BEDANKT EN TOT ZIENS! ***
  • 16. 6. Naar de supermarkt 6.1 De supermarkt onder de loep! Waarkomen de producten uit de supermarkt vandaan? De meeste productenin de supermarkten komen uit een fabriek of van bij een landbouwer of landbouwbedrijf. Alles wordt met vrachtwagens aangeleverd. Een product legt dus een hele weg af. Van tomaat tot fles Met een goed gevulde portemonnee rijd ik met Nina naar de supermarkt. Ik steek een muntstukje in het slot van het karretje en Nina mag in de kar! Weten jullie nu wat je hebt geproefd daarnet?
  • 17. Moetje altijd met geld betalen? Nee, je kunt vaak met een bankkaart betalen. De kassa van de supermarkt is verbonden met een speciaal toestel, een minibankautomaat. Dit kleine computertje zorgt ervoor dat het geld dat je moet betalen automatisch van je rekening wordt afgetrokken en naar de supermarkt gaat. Simpel! Wat is een streepjescode? Een streepjescode of barcode ziet eruit als een rij rechtopstaande streepjes met cijfers onder. Je vindt ze op bijna elk product. In de supermarkt wordt de code aan de kassa door een scanner ingelezen. Zo weet de kassierster aan de kassa hoeveel het kost. Handig! Maar een streepjescode kan nog veel meer informatie bevatten, zoals wanneer een productgemaakt werd of uit welk fabriek het komt.
  • 18. Bekijk de prent op de volgende bladzijde. Je kan samen met mij een kijkje nemen binnen in de supermarkt. Wat zie je allemaal?
  • 19.
  • 20. 6.2 Netjes verpakt? Opdracht: Jullie krijgen zo dadelijk een zak op jullie bank. Deze is voor heel je groepje. Bekijk alle spullen die erin zitten en leg ze verspreid op jullie banken. 1. Welke verschillende soortenverpakkingenzien jullie? Schrijf op waarvanze gemaaktzijn.  _________________________  _________________________  _________________________  _________________________  _________________________  _________________________ 2. Kies er een uit. Wat zien jullie op de verpakking staan? 3. In welk rek moet het? Achteraan in de klas staateen kastmet schappen. Sorteeralle producten uit de kar per schap. Doe dit samen met de juf.
  • 21. 7. De garage 7.1 Ken jij de onderdelen? Wat doet eengaragist? Wat is een voertuig? Een voertuig verplaatst mensen of voorwerpen. De voertuigen kunnen we onderverdelen in twee groepen. Hallo lieve vrienden! Wat fijn dat jullie een kijkje nemen in mijn garage. Ik ben net bezig aan een auto. Zal ik jullie de belangrijkste onderdelen aanleren? Laten we eens een kijkje nemen bij een echte auto. Ik ben benieuwd of jullie de onderdelen dan ook kunnen herkennen en juist benoemen.
  • 22. Opdracht: Noteer de juiste namen van de onderdelen Neem een autootje voor je en bekijk het van dichtbij.
  • 23. 8. Op restaurant 9. Brand in de stad! 9.1 Helpende mensen Op restaurant gaan is erg fijn! Nina en ik hebben zo juist pizza gemaakt en ook lekker opgesmuld. Maar voor mijn verjaardag nodig ik jullie allemaal uit in een restaurant. Zorg dus morgen dat je geen boterhammen bij hebt, maar een knorrend hongerig maagje! Hallo allemaal, Max en Nina reden net voorbij de brand die ik en mijn brandweermannen blusten. Ze schrokken nogal van de hoge vlammen! Het gebouw dat zonet in brand stond is nu helemaal geblust. De dappere brandweermannen klommen omhoog op de brandweerladder en blusten met een brandspuit.
  • 24. Brandweermannen zijn niet de enige mensen die ons helpen. Er zijn er nog vele andere. Opdracht: Hieronder staan een aantal prenten met mensen die ons helpen. Ze oefenen een bepaald beroep uit. Schrijf onder elke prent het juiste beroep. Welk beroep doen jou mama en papa? Maak een collage van jou droomberoep.
  • 25. Kan u uw mond even opendoen alstublieft? 0 0 Postbode Wilt u een groot of een klein brood? 0 0 Slager Dat is dan 15 euro alstublieft. 0 0 Boer Is 500 gram dikke worsten oké voor u? 0 0 Clown U reed veel te snel en krijgt een boete! 0 0 Tandarts Goedemiddag meneer, deze brief is voor u. 0 0 Dokter Snel, neem de brandspuit en klim omhoog! 0 0 Kok Ik moet de koeien nog gaan melken. 0 0 Bakker Ik heb een rode neus en gele krullen. 0 0 Muzikant Oei, ik denk dat u zwaar verkouden bent. 0 0 Kassierster Ik heb nog peper en zout nodig. 0 0 Schilder Ik moet nog wat oefenen op mijn gitaar. 0 0 Politieagent Ik begin met de lange muur blauw te schilderen. 0 0 Brandweerman Natuurlijk zijn er nog vele andere beroepen! Deze gaan jullie in de namiddag ontdekken in een hoekenwerk. Maar vooraleer we dat gaan doen, maken jullie eerst nog de laatste opdrachtvan dit bundeltje. Opdracht: Hieronder staan een aantal zinnen die specifiek zijn voor een beroep. Kan jij ze verbinden?