7. Mijn aanpak Korte uitleg verandermodellen Vertalen naar jouw eigen ervaring met ‘veranderen’ of ‘anderen in beweging brengen’ Toepassen op praktijkcase
8. De verandermodellen Van – Naar model Model logische niveaus Waarnemingsposities Draagvlak model
9. De praktijkcase Invoering van gebruik online sociale netwerken in een zorginstelling (zie casus mindmap) Directeur is razend enthousiast over inzet nieuwe media Hij is echter de enige…. Hoe krijgt hij de rest mee? Werk in tweetallen Jullie zijn adviseur
41. Koppeling met Van – Naar model 1. Hoe is het nu? 2. Hoe wil je het hebben? 3. Wat houdt je nog tegen? 4. Wat heb je dus nodig? 5. Wat ga je wanneer hoe doen?
44. Eerste positie Mijn zienswijze centraal Eigen belangen scherp je weet: Wat wil ik? Wat is belangrijk voor mij? Wat vind ik? Wat ervaar ik nu? Waar ligt mijn grens? Teveel van het goede: geen besef van effect jouw gedrag Starheid, autoritair
45. Tweede positie Verplaatsen in de ander Zijn belevingswereld centraal Vanuit die ander weet je: Wat wil ik? Wat is belangrijk voor mij? Wat ervaar ik nu? Je kijkt vanuit de ander naar jezelf Teveel van het goede: Jezelf verliezen
46. Derde positie Waarnemer van het proces Je ziet jezelf in contact met die ander Vanuit die positie weet je: Wat zie ik ze doen? Wat gebeurt er daar? Wat valt mij op? Teveel van het goede: Op de ‘tribune’, geen deelnemer
47. Oefenen Neem een situatie in gedachten dat jij iemand anders probeerde te overtuigen om iets anders te gaan doen of het anders aan te pakken 1e positie: beantwoord de vragen Wat wil ik? Wat is belangrijk voor mij? Wat vind ik? 2e positie: ga in de schoenen van de ander staan en beantwoord de vragen Wat wil ik? Wat is belangrijk voor mij? Wat ervaar ik nu?
48. Oefenen 3e positie Je bent waarnemer van het proces Je ziet jezelf in contact met die ander Beantwoord de vragen Wat zie ik ze doen? Wat gebeurt er daar? Wat valt mij op? Schrijf op wat je dit oplevert.
50. Basishoudingen tegenover veranderingen “Waarover gaat dit?“ “O, wat bedoelen ze daarmee?” “Ik snap het, maar waarom zou ik daar aan meedoen?” “Leuk, maar hoe doe ik dat dan?“
51.
52. Van onbewust naar bewust Respectvol confronteren Onweerlegbare feiten geven Denken oprekken: hoe prikkel je mensen? “In 0.13% van de behandelingen in ziekenhuizen wordt een vermijdbare fout gemaakt” Of: Hoeveel hockey elftallen aan patiënten sterven wekelijks onnodig? Leidt tot: bereidheid
53. Oefening Je gesprekspartner is een gepassioneerd motorrijder Je wilt duidelijk maken dat in zijn afdeling elke maand 20.000 euro wordt verspild. Hoe prikkel je? Bedenk zelf een prikkel
55. Van bewust naar begrip Inzicht & achtergrond bieden Maak anderen deelgenoot van je denken Welke visie zit hierachter? Waarom? Vraag beantwoorden Leidt tot: open staan Pas als mensen het begrijpen naar de volgende stap
57. Van begrip naar geloof Kom erachter welke motieven mensen hebben Wat vinden ze belangrijk? Welke behoeften zijn aanwezig? Wat drijft hen? Tweede positie! Sluit hier op aan. Leidt tot: acceptatie
61. Praktijkcase oefening Hoe zorgt de ABC directeur ervoor dat hij de motieven en behoeften van zijn medewerkers snapt? Hoe sluit hij hier op aan met wat hij wil?
62. Van geloof naar commitment Inspiratie in het hoe geven Wat weerhoudt mensen nog om het te doen? Angst? Niet weten hoe? Discipline? Welk negatief gevoel is er en welke behoefte is dus nog niet vervuld? Gebruik logische niveaus Leidt tot: wil / drive
63. Praktijkcase oefening Hoe zorgt de ABC directeur ervoor dat zijn medewerkers het nu daadwerkelijk gaan doen?