13. Stil Gebed & Votum en Groet
Klein Gloria
Ere zij de Vader en de Zoon
En de Heilige Geest,
Als in den beginne, nu en immer,
En van eeuwigheid tot eeuwigheid.
Amen.
22. Jesaja 11 : 1-12 (NBG 51)
De Messias en het vrederijk
1 En er zal een rijsje voortkomen uit de
tronk van Isaï en een scheut uit zijn
wortelen zal vrucht dragen. 2 En op hem
zal de Geest des HEREN rusten, de Geest
van wijsheid en verstand, de Geest van
raad en sterkte, de Geest van kennis en
vreze des HEREN;
23. 3 ja, zijn lust zal zijn in de vreze des
HEREN. Hij zal niet richten naar hetgeen
zijn ogen zien, noch rechtspreken naar
hetgeen zijn oren horen; 4 want hij zal de
geringen in gerechtigheid richten en over
de ootmoedigen des lands in billijkheid
rechtspreken, maar hij zal de aarde slaan
met de roede zijns monds en met de
adem zijner lippen de goddeloze doden.
24. 5 Gerechtigheid zal de gordel zijner
lendenen zijn en trouw de gordel zijner
heupen. 6 Dan zal de wolf bij het schaap
verkeren en de panter zich nederleggen
bij het bokje; het kalf, de jonge leeuw en
het mestvee zullen tezamen zijn, en een
kleine jongen zal ze hoeden;
25. 7 de koe en de berin zullen samen
weiden, haar jongen zullen zich tezamen
nederleggen, en de leeuw zal stro eten als
het rund; 8 dan zal een zuigeling bij het
hol van een adder spelen en naar het nest
van een giftige slang zal een gespeend
kind zijn hand uitstrekken.
26. 9 Men zal geen kwaad doen noch verderf
stichten op gans mijn heilige berg, want
de aarde zal vol zijn van kennis des
HEREN, zoals de wateren de bodem der
zee bedekken. 10 En het zal te dien dage
geschieden, dat de volken de wortel van
Isaï zullen zoeken, die zal staan als een
banier der natiën, en zijn rustplaats zal
heerlijk zijn.
27. 11 En het zal te dien dage geschieden, dat
de Here wederom zijn hand opheffen zal
om los te kopen de rest van zijn volk, die
overblijft in Assur, Egypte, Patros,
Ethiopië, Elam, Sinear, Hamat en in de
kustlanden der zee. 12 En Hij zal een
banier opheffen voor de volken, en de
verdrevenen van Israël verzamelen en de
verstrooide dochters van Juda vergaderen
van de vier einden der aarde.
29. O kom, o kom, Immanuël (LvdK 125)
t. W. Barnard; m. anoniem
30. O kom, o kom, Immanuël (LvdK 125)
t. W. Barnard; m. anoniem
31. Johannes 1 : 1-5 (NBG 51)
Het vleesgeworden Woord
1 In den beginne was het Woord en het
Woord was bij God en het Woord was
God. 2 Dit was in den beginne bij God.
3 Alle dingen zijn door het Woord
geworden en zonder dit is geen ding
geworden, dat geworden is.
32. 4 In het Woord was leven en het leven
was het licht der mensen; 5 en het licht
schijnt in de duisternis en de duisternis
heeft het niet gegrepen.
34. O kom, o kom, Immanuël (LvdK 125)
t. W. Barnard; m. anoniem
35. O kom, o kom, Immanuël (LvdK 125)
t. W. Barnard; m. anoniem
36. Mattheus 1 : 1-6 & 15-25 (NBG 51)
Geslachtsregister
1 Geslachtsregister van Jezus Christus, de
zoon van David, de zoon van Abraham.
2 Abraham verwekte Isaak, Isaak
verwekte Jakob, Jakob verwekte Juda en
zijn broeders,
37. 3 Juda verwekte Peres en Zerach bij
Tamar, Peres verwekte Chesron, Chesron
verwekte Aram, 4 Aram verwekte
Amminadab, Amminadab verwekte
Nachson, Nachson verwekte
Salmon, 5 Salmon verwekte Boaz bij
Rachab, Boaz verwekte Obed bij Ruth,
Obed verwekte Isaï, 6 Isaï verwekte David,
de koning. David verwekte Salomo bij de
vrouw van Uria,
38. 15 Eliud verwekte Eleazar, Eleazar
verwekte Mattan, Mattan verwekte
Jakob, 16 Jakob verwekte Jozef, de man
van Maria, uit wie Jezus geboren is, die
Christus genoemd wordt.
39. 17 Al de geslachten dan van Abraham tot
David zijn veertien geslachten en van
David tot de Babylonische ballingschap
veertien geslachten en van de
Babylonische ballingschap tot de Christus
veertien geslachten.
40. De geboorte van Jezus
18 De geboorte van Jezus Christus
geschiedde aldus. Terwijl zijn moeder
Maria ondertrouwd was met Jozef, bleek
zij, voordat zij gingen samenwonen,
zwanger te zijn uit de heilige Geest.
41. 19 Daar nu Jozef, haar man, rechtschapen
was en haar niet in opspraak wilde
brengen, was hij van zins in stilte van haar
te scheiden. 20 Toen die overweging bij
hem opkwam, zie, een engel des Heren
verscheen hem in de droom en zeide:
Jozef, zoon van David, schroom niet
Maria, uw vrouw, tot u te nemen,
42. want wat in haar verwekt is, is uit de
heilige Geest. 21 Zij zal een zoon baren en
gij zult Hem de naam Jezus geven. Want
Hij is het, die zijn volk zal redden van hun
zonden. 22 Dit alles is geschied, opdat
vervuld zou worden hetgeen de Here
door de profeet gesproken heeft, toen hij
zeide:
43. 23 Zie, de maagd zal zwanger worden en
een zoon baren, en men zal Hem de naam
Immanuël geven, hetgeen betekent: God
met ons. 24 Toen Jozef uit zijn slaap
ontwaakt was, deed hij, zoals de engel
des Heren hem bevolen had en hij nam
zijn vrouw tot zich.
44. 25 En hij had geen gemeenschap met
haar, voordat zij een zoon gebaard had.
En hij gaf Hem de naam Jezus.
51. HEER, denk aan David en zijn eed.
Psalm 132 vers 3 en 10
52. Ps. 132 : 3
Efratha heeft uw naam gemeld,
het veld weerklonk: de HEER is daar! Kom ga nu mee ter bedevaart;
nu staat zijn zetel opgesteld
waar Davids mare wordt bewaard.
53. Ps. 132 : 10
Daar staat de troon al opgericht,
daar zetelt de gezalfde Zoon,
in Davids stad, op Davids troon,
al wie Hem haatten schamen zich
en bloeien zal zijn koningskroon!"