1. Luisteren of horen?
Kwaliteiten van een goede luisteraar:
Geduldig, betrokken, begrijpend,
onzelfzuchtig, vriendelijk en aandachtig.
Tegelijkertijd wordt iemand die laat
blijken dat hij kan luisteren ook gezien
als intelligent en betrouwbaar.
2. Hoe kunnen we ACTIEF
LUISTEREN
1. Met de boodschap bezig zijn (niet met
zichzelf)
2. Non-verbale uitnodigende houding
aannemen
3. Verbale reacties geven (korte)
4. Parafraseren en zo naar de binnenkant
peilen
7. Vragen stellen
je wil de andere uitnodigen, aanmoedigen om
verder te vertellen
je wil meer duidelijkheid krijgen in een voor jou
onsamenhangend, onvolledig verhaal
je wil weten wat het echt voor de ander
betekent, wanneer iemand aan de oppervlakte
blijft
om de emoties van de ander beter te begrijpen
wil je meer zicht krijgen wat er concreet
gebeurd is
Terug
8. Open vragen Gesloten vragen
wie, wat waar, wanneer en Je kan er “ja” of “neen” of
hoe “misschien” op antwoorden
geen waarom-vragen Vind jij dat ook niet…?
Ben jij het hiermee eens..?
Geen eigen inbreng
Geen eigen emoties
Eigen standpunt
Eigen gevoelens
Eigen accenten
Terug
9. Geen WAAROM-VRAGEN
Geven geen kans om de gevoelens te
uiten
vragen om een “verklaring” van het
gevoel = zeer moeilijk!
geven geen kans om “intens” te uiten
wat er scheelt
Terug
10. Doorvragen
tot de kern van de zaak komen
De vraag verduidelijken
Het antwoord
herhalen/parafraseren/samenvatten
Vragen stellen als: hoe bedoel je? Kun jij daar wat
meer over zeggen? Hoe kwam dat? Waarom denk je
dat? En toen?
Doorvragen op een woord in het antwoord.
Terug
11. Parafraseren
en zo naar de binnenkant peilen
In eigen woorden omschrijven van wat de
ouder (ander) vertelt, zo
geef je aan hoe de boodschap bij jou
overkomt,
Kan je aandacht geven aan de gevoelens
wordt de ouder uitgenodigd om verder te
vertellen,
help je mee het probleem verwoorden
Niet zelf oplossingen willen aanreiken!
Terug
12. Binnenkant:
gevoelens, gedachten, behoeften, verwa
chtingen, wensen
Terug
13. Gevoel weergeven
GEVOLGEN:
De ander voelt zich begrepen
Voelt dat je meeleeft
VOORBEELDEN:
Je bent boos
Je hebt het er erg moeilijk mee
Je raakt erdoor gestrest
Je bent bang,
Bezorgd
Terug
…